Je hebt een goed lopende onderneming samen met een of meerdere compagnons. Maar wat gebeurt er als je compagnon arbeidsongeschikt wordt? Hij heeft dan aandelen in het bedrijf met het bijbehorende stemrecht en/of het recht op dividend. Je gunt je compagnon alle goeds, maar na verloop van tijd gaan bepaalde zaken toch wringen in je bedrijf. Hoe ga je daarmee om?
Dat een compagnon arbeidsongeschikt wordt, is in de eerste plaats natuurlijk heel vervelend voor hem of haarzelf. Voor jou als ondernemer is het echter ook lastig. Je moet zijn of haar werk zo goed en zo kwaad zelf gaan doen of het aan iemand delegeren. Ook moet je ineens zonder hem of haar besluiten nemen. Je wilt je compagnon de tijd gunnen, maar na verloop van tijd gaat het toch wringen dat jij het werk verricht en hij zijn deel van de winst opstrijkt. Ook wordt het lastiger dat je hem nodig hebt om belangrijke besluiten over het bedrijf te nemen. In dit soort situaties bieden je statuten en je aandeelhoudersovereenkomst uitkomst.
In de statuten en in de aandeelhoudersovereenkomst worden afspraken vastgelegd voor dit soort vervelende situaties. Zo wordt vaak vastgelegd hoe lang de management fee doorbetaald wordt bij blijvende arbeidsongeschiktheid van een van de compagnons. Ook is het gebruikelijk om op papier te zetten dat bij blijvende arbeidsongeschiktheid de aandelen van de zieke compagnon moeten worden aangeboden aan de zittende aandeelhouders. Daarnaast wordt overeengekomen wat de termijn is waarop de compagnon uittreedt en zijn aandelen aanbiedt aan de andere aandeelhouders. Hiervoor wordt vaak de termijn gehanteerd waarop de arbeidsongeschiktheidsverzekering gaat starten met uitbetalen. Daarnaast worden in een aandeelhoudersovereenkomst veelal ook afspraken gemaakt over de waardering van aandelen (hoeveel mogen ze kosten) en over de wijze van betaling, al dan niet in termijnen.
Is het al jaren geleden dat jullie statuten en aandeelhoudersovereenkomst zijn opgesteld, dan adviseren we je hier eens naar te kijken. Gedurende de jaren kunnen de wensen van de compagnons in een BV veranderen. Het is goed om de aandeelhoudersovereenkomst aan te passen aan de gewenste praktijk. Laat je adviseren, neem eens contact met ons op, wij helpen je graag verder!
Het is misschien niet een onderwerp waar je te vaak over na wilt denken: je overlijden. Maar toch is het goed om dat in ieder geval een keer in je leven te doen. Want als jij wegvalt, wil je natuurlijk wel dat je partner en kinderen verzorgd achterblijven. Dat kan door een testament op te laten stellen. Zo vul je zelf bij leven in wat je wilt dat in bepaalde situaties gebeurt en hoeft niet een ander dat voor je in te vullen als jij er niets meer over kunt zeggen. Met een testament voorkom je simpelweg gedoe achteraf. Waar moet je over nadenken als je een testament op wilt laten stellen?
Zeker als je ongehuwd bent, is het belangrijk vast te leggen dat je elkaars erfgenamen bent. Zo weet je zeker dat de achterblijvende partner verzorgd achterblijft en met eventuele kinderen in jullie huis kan blijven wonen. Door heldere afspraken vast te leggen bescherm je ook de langstlevende partner. Stel dat een van je kinderen op latere leeftijd dwars gaat liggen of een partner heeft die je kind negatief weet te beïnvloeden, dan is het fijn dat er goede afspraken zijn vastgelegd. Op die manier kan je kind – zolang de langstlevende partner er nog is – geen dingen doen waardoor de langstlevende onnodig met problemen wordt opgezadeld.
Heb je minderjarige kinderen, dan kan je een voogd benoemen in het testament. Zo weet je wie de zorg voor je kinderen op zich zal nemen als jullie beiden overlijden. Doe je dat niet, dan is het bijvoorbeeld mogelijk dat je eigen familie en de schoonfamilie om de zorg voor het kind gaan strijden. Of de rechter zal bepalen bij wie je kinderen het best af zijn, met al het gedoe van dien voor de kinderen.
Als je allebei komt te overlijden, is het belangrijk bewind in te stellen, zeker als je minderjarige kinderen hebt. Als kinderen een erfenis krijgen, zijn ze in beginsel vanaf hun achttiende helemaal vrij om met die erfenis te doen wat ze willen. Maar of ze dan al verstandig met geld om kunnen gaan? Daarom is het goed als er iemand na hun achttiende tot een bepaalde leeftijd meekijkt hoe een kind het geld uitgeeft.
Met een privéclausule – ook wel uitsluitingsclausule – zorg je ervoor dat de nalatenschappen netjes bij je kind blijven op het moment dat je kind bijvoorbeeld gaat scheiden. Doe je dat niet, en je kind heeft bijvoorbeeld afspraken gemaakt met zijn partner of heeft het vermogen geïnvesteerd in gemeenschappelijk bezit, dan heeft je kind mogelijk het nakijken en verdwijnt het geld gedeeltelijk naar de ‘koude kant’ na een echtscheiding.
Het is goed in je testament een executeur te benoemen, iemand die de nalatenschap voor je afwikkelt na jouw overlijden. Vaak is dat de langstlevende ouder, maar je kunt ook iemand anders aanstellen om zo je achtergebleven partner een beetje te ontzien. Ben je alleenstaande ouder of kom je beiden te overlijden en heb je meerderjarige kinderen, dan kun je ook je eigen kinderen benoemen. Sommige ouders benoemen een van de kinderen. Soms omdat de ander niet capabel genoeg is, maar het kan ook zijn dat een van de kinderen heeft aangegeven die verantwoordelijkheid niet op zich te willen of kunnen nemen. Kom je beiden te overlijden en heb jullie een minderjarig kind, dan is het belangrijk dat een familielid of een goede bekende als kapitein op het schip fungeert en als executeur alle zaken netjes afwikkelt.
Er zijn nog veel meer zaken die je vast kunt leggen in een testament. Wat je er precies in wilt opnemen, hangt heel erg af van je privéomstandigheden, zoals de gezinssituatie en de verhoudingen tussen kinderen en ouders. Geen enkele situatie is dezelfde. Een gesprek bij de notaris is dan een must, omdat je dan gaandeweg advies op maat kunt krijgen wat je in bepaalde gevallen het beste kunt vastleggen om alle partijen te beschermen, niet alleen je kinderen maar ook je partner. Je voorkomt met een testament gedoe achteraf.
Wil je meer weten over het testament en wat je daarin kunt regelen? Neem gerust contact met ons op.
Als je gaat samenwonen, moet je allerlei dingen regelen. Veel van die dingen zijn heel leuk, zoals het uitzoeken van gordijnen en het kiezen van een nieuw bankstel. Maar je moet ook zaken regelen waar je misschien liever niet over nadenkt. Blijft de ander wel verzorgd achter als een van jullie overlijdt, wat gebeurt er met jullie gezamenlijke woning als jullie uit elkaar gaan en wat gebeurt er verder als de relatie stukloopt? Geen feestelijke onderwerpen, maar wel belangrijk om even bij stil te staan en vast te leggen in een samenlevingscontract of een testament.
Een samenlevingscontract brengt allerlei voordelen met zich mee. Zo leg je vast wie wat betaalt. Denk daarbij bijvoorbeeld aan de kosten die samenhangen met het kopen van een huis of de woonlasten, de boodschappen en de verzorging en opvoeding van eventuele kinderen. Je kunt opnemen welke goederen privé-eigendom zijn van de een en welke van de ander, welke goederen gezamenlijk eigendom zijn en bijvoorbeeld van wie welke auto is.
Wat ook heel belangrijk is om in je samenlevingscontract op te nemen, is een investeringsovereenkomst; daarmee leg je vast dat als jullie onverhoopt uit elkaar gaan en een van jullie beide heeft meer geld geïnvesteerd in bijvoorbeeld de gezamenlijke woning die partner het geïnvesteerde geld terugkrijgt.
Een ander belangrijke regeling dat vastgelegd kan worden in een samenlevingscontract, is het verblijvingsbeding. Als een van de partners dan overlijdt, komen alle gezamenlijke bezittingen toe aan de andere partner. Dat is belangrijk omdat de samenwonenden op grond van de wet geen erfgenamen van elkaar zijn. Dat kan tot vervelende situaties leiden als er sprake is van een gezamenlijk vermogen. Het kan dan namelijk zo zijn dat de familie van de overleden partner recht heeft op het aandeel in het gezamenlijke vermogen van de overleden partner. Dat betekent misschien wel dat de overgebleven partner de gezamenlijke woning moet verkopen om de familie van de overleden partner het aandeel waar ze recht op hebben te kunnen uitbetalen. Door een verblijvingsbeding op te nemen in het samenlevingscontract, mogen alle gezamenlijke bezittingen bij de achtergebleven partner blijven.
Hebben jullie kinderen, dan is het altijd raadzaam ook een testament op te laten stellen. Kinderen hebben namelijk recht op een aandeel in de nalatenschap van hun ouders, de zogenaamde legitieme portie. Dat is wettelijk zo geregeld en dat kun je nooit uitsluiten. Wat je wel kunt doen, is in een testament laten vastleggen dat het uitkeren van die legitieme portie wordt uitgesteld tot het overlijden van de langstlevende ouder. Door dat vast te leggen komt, bij het overlijden van een van jullie, de langstlevende daardoor in ieder geval niet in de financiële problemen.
Als je gaat samenwonen heeft dat ook fiscale consequenties. Denk daarbij aan het verdelen van aftrekposten en het krijgen van heffingskortingen. Hou dus rekening met het feit dat jullie ook fiscaal partners zijn. Had je, voor jullie gingen samenwonen, recht op uitkeringen of toeslagen van de belastingdienst? Het feit dat jullie zijn gaan samenwonen kan gevolgen hebben voor de hoogte van die toeslagen of uitkeringen. Daarom is het van belang goed na te gaan of je, als je gaat samenwonen, nog steeds dezelfde rechten hebt op die uitkeringen en toeslagen. Veranderingen in jullie situatie moet je zelf doorgeven aan de belastingdienst.
Als je gaat samenwonen is het verstandig elkaar aan te melden bij de pensioenuitvoerder voor het nabestaandenpensioen, anders gaat het pensioen verloren. Dat aanmelden gaat niet automatisch, dus denk daaraan. Vaak is daarvoor wel een notarieel samenlevingscontract nodig. Denk er ook aan elkaar af te melden als jullie uit elkaar gaan.
Krijg je als samenwoners kinderen? Zorg dan dat de vader de kinderen erkend en het gezag aanvraagt. Dat zijn twee aparte dingen en die moet je zelf regelen bij de gemeente en de rechtbank. Wil je hier meer over weten? Lees dan onze blog ‘Samenwonen en vaderschap; hier moet je aan denken’.
Wil je meer weten over het samenlevingscontract of het testament? Heb je specifieke vragen over de investeringsovereenkomst, het verblijvingsbeding of heb je andere vragen? Neem gerust contact met ons op!
Heb je samen met een goede vriend plannen om een bedrijf op te richten? Wil je samenwerken met een andere zzp’er om grotere opdrachten aan te kunnen? Of zoek je naar een hechtere samenwerkingsvorm met je grootste leverancier? Om succesvol te zijn is het slim om vooraf goede afspraken over jullie samenwerking te maken.
Als we praten over samenwerking, komt al snel de eerste vraag omhoog: in welke rechtsvorm ga je samenwerken. Die keuze hangt voornamelijk af van twee aspecten:
Vooral als starter lijkt het al snel aantrekkelijk om te kiezen voor de VOF als rechtsvorm. Je kunt dan profiteren van aantrekkelijke fiscale regelingen, zoals de zelfstandigenaftrek, startersaftrek en mkb-winstvrijstelling.
Als je nog niet al te grote omzetten maakt en je het verdiende geld nodig hebt om in je levensonderhoud te voorzien, is een vennootschap onder firma een goede oplossing. De winst uit je onderneming wordt dan gezien als inkomsten. Je betaalt hier dan ook inkomstenbelasting over.
Verwacht je echter grote omzetten te maken en wil je dit geld gebruiken om te investeren in je bedrijf, dan betaal je liever niet direct inkomstenbelasting over de totale winst. In dat geval kun je ervoor kiezen om een BV op te richten: de winst kan dan deels in de BV blijven zitten.
Kies je een VOF als rechtsvorm, dan ben je ook privé aansprakelijk voor jouw bedrijf. En jouw samenwerkingspartner is dat ook. Gaat er dus iets mis met je bedrijf, dan kunnen de schuldeisers ook jouw en zijn/haar privévermogen aanspreken. Ben je getrouwd in gemeenschap van goederen, dan is dat bovendien een extra risico voor je echtgenoot/echtgenote. Immers, het gehele vermogen kan door de schuldeisers worden aangesproken.
Wil je je privésituatie afschermen van je bedrijf, dan is de BV de beste optie. Een BV is zelf een deelnemer aan het rechtsverkeer en heeft een eigen, afgeschermd vermogen. Als privépersoon ben je maximaal beschermd, maar in het geval van onbehoorlijk bestuur kun je privé wél worden aangesproken.
Wil je gaan samenwerken met iemand anders? Denk dan na over de juiste rechtsvorm voor jouw situatie. Laat je goed adviseren, neem gerust eens contact met ons op wij vertellen je graag meer.
Rijk of arm, jong of oud, wie overlijdt, laat iets na. Dat kunnen bezittingen zijn: een huis, een inboedel, kleding, schilderijen, een huisdier, een bankrekening, een flitsende auto of een oude fiets. Maar dat kunnen ook schulden zijn: serieuze belastingschulden of een verdwaalde rekening die nog ergens rondslingert. Voor je een erfenis accepteert: dit zijn de mogelijkheden.
Alles wat iemand nalaat, kun je samenvatten onder het containerbegrip ‘erfenis’. De notaris bekijkt wie er recht heeft op die erfenis. Daarbij kunnen verschillende documenten belangrijk zijn. Het eerste waar je aan denkt is een testament, maar ook huwelijkse voorwaarden, partnerschapsvoorwaarden, samenlevingscontract, een firmacontract of statuten van een besloten vennootschap kunnen van belang zijn om uit te maken wat er wel of niet onder de erfenis – ook wel: nalatenschap – valt en wie daar recht op heeft.
Als je recht hebt op – een gedeelte van – een erfenis ben je erfgenaam. Zo’n erfenis kan dus positief of negatief uitpakken. Gelukkig kun je je tegen schulden beschermen. Minderjarige kinderen worden automatisch beschermd door de wet. Alle anderen die bescherming willen, moeten een keuze maken.
Aanvaard je een erfenis – samen met andere erfgenamen – zuiver, dan maak je geen enkel voorbehoud. Dat betekent dus ook dat je aansprakelijk bent voor eventuele schulden, ook als die pas later aan het licht komen. Een uitzondering is wanneer het om een grote schuld gaat waarvan je onmogelijk het bestaan had kunnen weten. Maar hou je daar niet aan vast: er zijn maar weinig gevallen bekend waarin een rechter daarin is meegegaan.
Je kunt een erfenis ook beneficiair aanvaarden – ook wel aanvaarden onder het voorrecht van boedelbeschrijving. Dit aanvaarden onder voorbehoud is een optie als je twijfelt of iemand zoveel schulden heeft, dat je wellicht aan de hele erfenis niets overhoudt. Een erfenis van een notaris, accountant, arts of advocaat moet je altijd aanvaarden onder voorbehoud. Bij deze beroepsgroepen zou er na overlijden nog een grote schadeclaim kunnen binnenkomen die niet gedekt wordt door de beroepsaansprakelijkheidsverzekering. Daar wil je als erfgenaam niet mee worden opgescheept. Maar ook in andere gevallen waar je twijfelt of de schulden lager zijn dan het bezit, is het slim de erfenis te aanvaarden onder voorbehoud. Je bent dan niet aansprakelijk voor eventuele schulden.
Soms weet je bij voorbaat al dat iemand enorme schulden heeft. Het kan ook voorkomen dat je iets van iemand erft waar je helemaal niets – meer – mee te maken wil hebben. In dat geval kun je de erfenis ook verwerpen. Dan ben je nooit erfgenaam geweest en kun je ook nooit last krijgen van schuldeisers.
Weet je nog niet zeker of je een erfenis wilt aanvaarden? Zorg dan dat je niets meeneemt van de overledene. Had tante altijd zo’n mooi schilderijtje in huis hangen en heeft ze daar voor haar overlijden jouw naam opgeschreven? Laat toch maar even hangen. Zodra je iets meeneemt naar huis of geld opneemt van de rekening van de overledene, gedraag je je als erfgenaam en aanvaard je dus de erfenis. Inclusief eventuele schulden.
Wil je verder praten over wat je aan moet met een erfenis of heb je hulp nodig bij het afwikkelen van een nalatenschap? Neem gerust vrijblijvend contact met ons op.
Jullie wonen al een tijdje samen en op een gegeven moment is het grote moment daar: er komt een koophuis! Dat kun je natuurlijk samen doen; ieder betaalt een – nagenoeg – gelijk deel van de woning. Maar je kunt er om verschillende redenen ook voor kiezen dat één van jullie beiden de woning koopt. Wat zijn de voor- en nadelen van beide situaties?
Op moment dat jullie samen een huis kopen, staan jullie er ook echt samen voor. Zowel de positieve als de minder positieve kanten van het hebben van een woning: jullie delen ze samen. Van het uitzoeken van dat prachtige bankstel tot de financiering van het huis. Je koopt het samen aan, je richt het samen in en je geeft het helemaal samen vorm. Dat geeft een goed gevoel.
Bij een verdeling van 40:60 noemen we de verdeling gelijk of nagenoeg gelijk. Als er grotere verschillen zijn in bijdragen, dus de een stopt meer eigen geld in de woning dan de ander, dan moet daar bij de notaris een regeling over worden getroffen. Bij gezamenlijk eigendom kun je ook een regeling kunnen opnemen dat in geval van overlijden de woning terecht komt bij de langstlevende partner. Dat kan dan zonder testament. Die mogelijkheid is er niet als een van jullie alleen de woning heeft aangekocht.
Natuurlijk wil je er niet te lang bij stilstaan, maar we weten allemaal dat het kan gebeuren: jullie gaan uit elkaar. Als jullie de woning samen hebben gekocht – de verdeling is gelijk of nagenoeg gelijk – dan kunnen jullie samen beslissen het huis te verkopen. Over- of onderwaarde? Die wordt tussen jullie verdeeld. Het is ook mogelijk dat een van beiden in het huis blijft wonen. Dat kan zonder dat er overdrachtsbelasting verschuldigd is. Natuurlijk moet de andere partner dan wel worden uitgekocht en er moet bij de notaris een akte van verdeling worden opgesteld.
Een andere optie is dat één van jullie het huis alleen aankoopt. Dan zijn zowel de lusten als de lasten voor die ene persoon. De vraag is dan wel of die persoon de woning alleen gefinancierd krijgt of dat het inkomen van de ander nodig is om de financiering rond te krijgen. Het kan namelijk zo zijn dat de bank alleen jouw inkomen niet toereikend vindt om je hypotheek te financieren. Je partner moet dan meetekenen. Dat houdt in dat de ander dan ook hoofdelijk medeschuldenaar is. Geen eigenaar maar wel schuldenaar; dat kan leiden tot – een gevoel van – een ongelijke verhouding.
Op moment dat je in deze situatie uit elkaar gaat, kan er niet verdeeld worden. De woning is immers maar van één persoon. Als de ander de woning dan wil overnemen, moet deze overgedragen worden.
Wil je meer weten over de aankoop van een gezamenlijke woning of heb je vragen over het testament? Neem gerust contact met ons op.
Er komt een moment in het bestaan van jouw BV dat een aandeelhouder wil of moet uittreden of dat jullie de BV willen uitbreiden met een extra aandeelhouder. In beide gevallen is er sprake van een aandelenoverdracht. Een overdracht van aandelen moet via een notariële akte gebeuren, de zogenaamde akte van levering aandelen. Met de nieuwe verdeling van aandelen, wordt ook de winst en de zeggenschap opnieuw verdeeld. Het is belangrijk hier goede afspraken over te maken.
Een aandeelhouder heeft in principe recht op een deel van het vermogen en/of de winst van de bv en op een deel van de zeggenschap over de bv. Deze rechten blijken uit de statuten van de BV.
Als er één of meerdere aandeelhouders gaan toetreden tot de BV, zul je moeten nadenken over het type aandelen dat je aan de toetreder(s) geeft. Moeten de nieuwe aandeelhouders ook stemrecht krijgen? En hoe moet de winst worden verdeeld?
Zit er al een groot bedrag in de BV, dan behoort dat geld toe aan de huidige aandeelhouders. Je zult daar bij het bepalen van de prijs van de aandelen rekening mee moeten houden. Of je kiest ervoor om een andere soort aandelen uit te geven aan de zittende aandeelhouders. En hoe zit het met het nemen van besluiten bij het aantreden van een extra aandeelhouder? Kunnen besluiten dan nog wel met de gewenste meerderheid worden genomen?
In de statuten van een BV leg je ook vast wat er moet gebeuren bij uittreding. Vrijwel altijd wordt vastgelegd dat de vertrekkende aandeelhouder zijn aandelen eerst te koop moet aanbieden aan de zittende aandeelhouders. Soms willen de huidige aandeelhouders deze aandelen wel kopen, maar kunnen ze deze niet betalen. Daarom kunnen in statuten of in een aandeelhoudersovereenkomst ook afspraken gemaakt worden over betalingsregelingen.
In een aandeelhoudersovereenkomst kan ook worden vastgelegd in welke gevallen een aandeelhouder zijn aandelen verplicht moet aanbieden aan de andere aandeelhouders. Denk daarbij aan: beëindiging dienstverband, arbeidsongeschiktheid en overlijden.
Zijn de aandelen overgedragen met een akte van levering, dan is de aandeelhouder vanaf dat moment gehouden aan de statuten van de BV. Hij wordt echter pas verantwoordelijk voor de plichten die bij het aandeelhouderschap horen, als hij ook de aandeelhoudersovereenkomst heeft getekend die bij de aandelen horen.
Willen jullie extra aandelen uitgeven of verwacht je dat een van de aandeelhouders zijn aandelen wil verkopen? Bespreek dan goed waar je op moet letten. Voor meer informatie neem dan gerust contact met ons op.
Als je geen testament opmaakt, bepaalt de wet wie je erfgenamen zijn en hoe de erfenis verdeeld wordt. De vraag is of je dat op die manier wil en of dat ook de meest slimme manier is. In veel gevallen is het slimmer een testament op te maken.
Als je vrijgezel bent, gaat je erfenis volgens de wet naar je ouders, broers en zussen of naar de volgenden in lijn: je grootouders of overgrootouders. Maar misschien wil je heel graag een geldbedrag nalaten aan een goede vriend die veel voor je gedaan heeft. Dat kun je alleen maar bij testament regelen.
Als je getrouwd bent en kinderen hebt, gaat de erfenis naar hen. Dan heb je te maken met de wettelijke verdeling. Daarbij zijn de echtgenoot van de overledene en de kinderen voor gelijke delen erfgenaam. De kinderen krijgen hun wettelijk erfdeel pas als de langstlevende ouder overlijdt. Maar door een testament op te maken, kun je afwijken van de wettelijke verdeling en kun je mogelijk wat zaken in je voordeel vastleggen.
Zo heeft de echtgenoot een hoge vrijstelling voor erfbelasting van ruim zes ton, terwijl de kinderen een vrijstelling hebben van rond de 21 duizend euro. Als er sprake is van wat meer vermogen of een woning die vrij is, dan kan het verstandig zijn middels een testament te regelen dat het betalen van erfbelasting wordt uitgesteld tot de langstlevende komt te overlijden. Ook als er geen sprake is van een groot vermogen, maar wel van een huis dat vrij is – waar dus het vermogen in zit – kan het slim zijn in het testament te regelen dat het betalen van de erfbelasting ‘doorschuift’ tot de langstlevende komt te overlijden.
Volgens de wettelijke verdeling wordt alles toebedeeld aan de langstlevende. De kinderen krijgen een vordering. Maar wanneer moet die opeisbaar zijn? Op grond van de wet is dat bij het overlijden van de langstlevende of bij een faillissement. Die mogelijkheden kun je door middel van een testament uitbreiden. Zo kun je bijvoorbeeld regelen dat als de langstlevende in de zorg terecht komt en een eigen bijdrage moet betalen, er eerder met de kinderen wordt afgerekend. En wat moet er met de vorderingen gebeuren als de langstlevende opnieuw gaat trouwen? Wil je dat de kinderen dan hun vorderingen kunnen opeisen of niet. Dat is natuurlijk een puur persoonlijke keus die niemand voor je kan maken. Wil je dat goed vastgelegd, dan kun je dat alleen bij testament regelen.
Ook kiezen veel ouders ervoor een privé-clausule ofwel een uitsluitingsclausule in het testament op te nemen. Daarmee regel je dat alles wat de kinderen erven privé is, en niet verdwijnt in het gemeenschappelijke vermogen en meegaat met de partner bij een eventuele scheiding.
Wat voor de één een goed testament is, hoeft dat voor een ander niet te zijn. Dat hangt van zo veel factoren af. Hoe is de gezinssituatie? Hoe vermogend ben je? Wat zijn je persoonlijke wensen? Wil je meer weten over het testament en wat je daarin kunt regelen? Neem gerust contact met ons op met onze specialisten, bel 0528 37 12 28 of mail direct naar info@dewolden.lexisnotarissen.nl.
In een eerdere blog hebben we de verschillen en overeenkomsten tussen het huwelijk en het geregistreerd partnerschap besproken. In deze blog kijken we naar de verschillen tussen het samenlevingscontract enerzijds en het huwelijk of geregistreerd partnerschap anderzijds.
Bij het huwelijk en geregistreerd partnerschap ontstaat er, sinds 1 januari 2018, een beperkte gemeenschap van goederen. Bij een samenlevingscontract is dat niet het geval, en dat kan ook niet contractueel overeengekomen worden. De bezittingen en schulden blijven privé-eigendom van een van beide partners. Bezittingen die jullie samen hebben gekocht en de schulden die jullie samen zijn aangegaan, zijn uiteraard wel gemeenschappelijk.
Bij het huwelijk en geregistreerd partnerschap heeft iemand automatisch bepaalde rechten en plichten ten opzichte van de partner of echtgenoot; zo word je elkaars erfgenaam en geldt er een onderhoudsplicht. Bij een samenlevingscontract geldt niet automatisch een onderhoudsverplichting. Dit kun je – in tegenstelling tot de gemeenschap van goederen – wél in een samenlevingscontract laten opnemen. Wil je elkaar erfgenaam maken, dan moet je dat als samenwoners vast laten leggen in een testament.
Bij het huwelijk en geregistreerd partnerschap worden de ouderdomspensioenrechten bij scheiding verdeeld. Bij een samenlevingscontract is dat anders. Iedere partner blijft in principe aanspraak maken op het eigen ouderdomspensioen. Het is wel mogelijk om in een samenlevingscontract je partner het nabestaandenpensioen toe te kennen. Als in een huwelijk of geregistreerd partnerschap een van de partners komt te overlijden, krijgt de pensioenuitvoerder daar automatisch bericht van en krijgt de langstlevende partner pensioen. Heb je een samenlevingscontract, moet je elkaar daarvoor aanmelden en daar heb je vaak een notarieel samenlevingscontract voor nodig.
Bij een huwelijk en geregistreerd partnerschap hebben beide partners automatisch het gezag over de kinderen en is de vader automatisch juridisch vader van het kind dat tijdens het huwelijk of partnerschap wordt geboren. Bij een samenlevingscontract krijgt alleen de moeder automatisch het ouderlijk gezag en is alleen de moeder juridisch ouder. De vader moet het kind eerst erkennen om de juridische vader te worden en daarna met de moeder het gezamenlijk gezag laten registreren.
Zonder testament is de partner met wie je samenwoont geen erfgenaam. Al jouw bezittingen en schulden gaan over op je wettelijke erfgenamen. In een samenlevingscontract kun je opnemen dat alle gezamenlijke bezittingen, zoals een gezamenlijke woning, bij overlijden aan je partner toekomen. Dit geldt dus niet voor al je privébezittingen, zoals het geld op je privé(spaar)rekening. Hiervoor kun je een testament opstellen. In een testament kun je ook regelen dat als jullie vlak na elkaar overlijden zonder kinderen, de erfenis wordt verdeeld over beide families. Anders loop je het risico dat het (gezamenlijke) vermogen alleen bij de familie van de laatst overledene terecht komt.
Als er kinderen zijn, is het voor samenwoners ook aan te raden om een testament op te stellen. Doe je dat niet en een van jullie komt te overlijden, dan is de langstlevende ouder in beginsel verplicht het kindsdeel uit te betalen aan het kind. Dit kan tot vervelende situaties leiden. Om dat te voorkomen kan in het testament worden bepaald dat de kinderen moeten wachten op hun erfdeel tot de langstlevende partner is overleden. Tot die tijd heeft de langstlevende partner de mogelijkheid om alles te gebruiken en te verteren, dus eventueel ook op te maken.
Als je uit elkaar wil gaan als samenwoners, dan kun je dat onderling met elkaar regelen. Een eventueel samenlevingscontract kunnen jullie aan elkaar opzeggen. Alle verplichtingen die jullie in het samenlevingscontract zijn aangegaan, moeten jullie naleven. Hebben jullie elkaar aangemeld voor elkaars nabestaandenpensioen? Dan moeten jullie elkaar ook weer afmelden. Samenwoners hoeven niet langs de rechter of de notaris als zij uit elkaar gaan.
Je kunt natuurlijk samen een samenlevingscontract opstellen, zonder daarvoor naar de notaris te gaan. Maar daarmee dek je vaak niet alles af. Een pensioenuitvoerder eist vaak een notarieel samenlevingscontract. Ook fiscaal gezien heeft deze keuze consequenties. Als je een notarieel samenlevingscontract hebt en je erft door een testament van elkaar, dan heb je met een notarieel samenlevingscontract van zes maanden of ouder een hoge vrijstelling van de erfbelasting. Dat is niet het geval bij een zelf opgesteld contract.
Er zijn dus wel wat verschillen tussen het samenlevingscontract enerzijds en het huwelijk en geregistreerd partnerschap anderzijds. Het hangt helemaal van jullie situatie en wensen af, waar jullie het best voor kunnen kiezen. Op de website van notaris.nl is het mogelijk alle samenlevingsvormen met elkaar te vergelijken. Heb je nog vragen over het samenlevingscontract, geregistreerd partnerschap of het huwelijk? Heb je andere vragen? Neem gerust contact met ons op.
Als je komt te overlijden, wil je waarschijnlijk dat jouw nalatenschap goed terechtkomt. Door in je testament een bewindvoerder te benoemen, bescherm je je nabestaanden, bijvoorbeeld je kinderen of kleinkinderen. In deze blog vertellen we je meer over wat bewindvoering precies inhoudt.
Er zijn verschillende redenen om een bewind in te stellen. Als je kind nog minderjarig is, wil je misschien niet dat het vermogen door een ex-partner, voogd of door de andere ouder wordt beheerd. Maar ook als het kind meerderjarig – achttien jaar of ouder – is, kun je een bewind instellen. Dat kan handig zijn als het volwassen kind problemen heeft, niet goed met geld kan omgaan, makkelijk te beïnvloeden is, een verstandelijke beperking heeft, of als het gaat om een complex vermogen.
De bewindvoerder moet zo lang mogelijk en zo goed mogelijk het vermogen van je kinderen in stand proberen te houden totdat het bewind is geëindigd. De bewindvoerder zorgt er bovendien voor dat het geld van de erfenis verstandig wordt besteed, omdat de rechthebbende alleen met toestemming van de bewindvoerder over de erfenis kan beslissen. Het is daarom wel van belang dat er een bewindvoerder wordt benoemd die goed kan beoordelen wat een verstandige uitgave is en wat niet.
Als een kind meerderjarig is, mag hij of zij in principe zelf over het vermogen beslissen. Maar je kunt ook een bewind instellen dat eindigt op een door jou te bepalen moment, bijvoorbeeld tien jaar na overlijden of als het kind vijfentwintig jaar is. Vaak wordt gekozen voor een leeftijd waarop de kinderen zelf verstandig met geld om kunnen gaan. Misschien wil je een levenslang bewind instellen? Dat is op zich mogelijk, maar de rechthebbende – bijvoorbeeld het kind of het kleinkind dat de erfenis heeft ontvangen – kan, vijf jaar na het overlijden, naar de rechtbank stappen om te vragen of het bewind kan worden beëindigd. Het kind of kleinkind moet dan wel kunnen aantonen dat de reden waarom het bewind is ingesteld niet meer van toepassing is.
Een bewindvoerder zal jaarlijks verantwoording af moeten leggen aan de kinderen. Hij of zij zal daarbij moeten aangeven wat er is gedaan en waarom. Zijn de kinderen het daar niet mee eens? Dan kunnen ze naar de rechter stappen. Zijn de kinderen niet in staat rekening en verantwoording op te nemen, omdat ze bijvoorbeeld nog minderjarig zijn? Dan legt de bewindvoerder jaarlijks én aan het einde van het bewind rekening en verantwoording af aan de kantonrechter. Ook voor bepaalde handelingen, zoals de verkoop van een woning, heeft de bewindvoerder toestemming nodig van de kantonrechter.
Wil je meer weten over bewindvoering? Neem gerust contact met ons op. We helpen je graag verder!
In deze blog besteden we kort aandacht aan de minder gebruikelijke situaties van schenken. Bijvoorbeeld voor het geval een lening die is aangegaan voor de eigen woning wordt kwijtgescholden of aan de kwijtschelding van de koopsom bij de overdracht van een woning. Dat heeft veel weg van een schenking, maar is het dat ook? En zo ja, kan dat belastingvrij?
Een ‘eigen woning’ is de woning waarin je woont en waarvan je de eigenaar bent. Onder ‘woning’ wordt ook begrepen: een flat of appartement. Verder kan een woonboot of woonwagen als ‘woning’ worden aangemerkt. Een woning die je huurt of verhuurt, is géén ‘eigen woning’!
Zoals we schreven in onze eerdere blog kan iedereen tussen de achttien en veertig jaar – in verband met de eigen woning – éénmalig belastingvrij een schenking ontvangen van maximaal € 103.643 (vrijstelling 2020). Sinds kort geldt dat ook voor iemand die nog een schenking ontvangt op de dag dat hij of zij veertig wordt. De vrijstelling is ook van toepassing als niet degene die de schenking ontvangt, maar zijn of haar (fiscale) partner aan het leeftijdsvereiste voldoet.
Tot voor kort was het onzeker of een kwijtschelding van een lening die in verband met de aankoop van een eigen woning is verstrekt ook kan worden aangemerkt als een belastingvrije schenking. De schenker (degene die heeft kwijtgescholden) heeft immers niets daadwerkelijk betaald. Inmiddels is die onzekerheid weggenomen. Bovendien kan een kwijtschelding van een bestaande lening of schuld die is ontstaan in verband met de verkoop van een eigen woning die ‘onder water’ stond óók kwalificeren als een belastingvrije schenking.
De vrijstelling voor de eenmalig verhoogde schenking is in beginsel alleen van toepassing op een eigen woning in Nederland. Onder zekere voorwaarden is de vrijstelling echter ook van toepassing als de schenking wordt gebruikt voor een eigen woning in het buitenland.
Meer weten? Lexis notarissen vertelt je graag meer!
Je hebt een goed lopende onderneming. Maar wat gebeurt er als jij door een ongeluk of acute ziekte plotseling geen besluiten meer kan nemen over jouw bedrijf? Wie kan er namens jou de verplichtingen van je bedrijf nakomen? En wie neemt er strategische besluiten? Dit is een situatie waar je liever niet over nadenkt, maar die ons allemaal kan overkomen.
Als jij kortere tijd uitvalt, zorgt je personeel hoogstwaarschijnlijk de eerste weken dat alles wordt geregeld. De zaak gaat open en sluit weer, bestellingen worden geplaatst en er wordt geleverd. Om jouw personeel op weg te helpen, doe je er verstandig aan om een noodplan te maken. Hierin vinden ze terug wie de sleutels van de winkel heeft, wie ze kunnen bellen als de website uit de lucht is, wie de contactpersonen bij de leveranciers zijn en wie het geldverkeer regelt. Zorg ervoor dat je personeel dit noodplan kan vinden!
Als je echter langere tijd uitvalt, gaan er complexere dingen spelen: Kunnen salarissen en facturen zonder jouw toestemming worden uitbetaald? Kunnen er voorraden besteld worden? Kan de BTW-aangifte worden gedaan zonder jouw tussenkomst? Kunnen de jaarstukken getekend worden?
Niemand binnen je bedrijf is automatisch bevoegd om dit soort zaken te regelen. Mocht jou iets overkomen, dan kan je echtgenoot of zakenpartner via de kantonrechter het bewind over je bedrijf aanvragen. Het duurt echter een maand of drie voordat dit is geregeld. In sommige branches is drie maanden wachttijd te lang om het bedrijf gezond te houden. Heb je een winkel en kun je drie maanden de voorraad niet aanvullen of rekeningen voldoen, dan ga je al snel failliet.
De wettelijke route is dus niet optimaal. Gelukkig is er een alternatief: als ondernemer kun je een levenstestament afsluiten. Je geeft daarmee volmacht voor het geval je bij leven (tijdelijk) niet in staat bent om je zaken te regelen. Degene die jouw volmacht krijgt, kan jouw zaken gaan regelen vanaf het moment dat jij dat zelf niet meer kunt.
Bij het opstellen van een levenstestament ga je samen met de notaris een checklist na waarin alle mogelijke vragen over jouw onderneming aan de orde komen, zoals:
Ook bespreek je met de notaris hoe jij de toekomst van je bedrijf voor ogen ziet. Wil je bijvoorbeeld dat jouw kinderen het bedrijf overnemen? Dan weet de gevolmachtigde dat jouw bedrijf moet blijven bestaan tot jouw kinderen volwassen zijn. Sta je open voor overname van je bedrijf door concurrenten? Dan kun je aangeven wie van jouw concurrenten de voorkeur geniet.
Veel mensen zijn geneigd om hun accountant aan te wijzen als hun gevolmachtigde. Hij heeft immers verstand van de cijfers. Zeker als je een bedrijf hebt met meerdere ondernemers, is dit geen verstandige beslissing. Er is dan op zijn minst de schijn van belangenverstrengeling: de accountant is in deze situatie immers niet alleen jouw vertegenwoordiger, maar ook die van jouw compagnon(s).
Als je een levenstestament hebt gemaakt, mag jouw gevolmachtigde vanaf dag 1 van jouw uitval namens jou de verplichtingen van jouw bedrijf nakomen. Hierdoor kan je bedrijf ook tijdens jouw afwezigheid gezond blijven. Wil je meer informatie over het afsluiten van een levenstestament, neem dan contact op met Henk Enting van Lexis notarissen.
Samen met je compagnon heb je een bedrijf. Dit gaat goed, maar dan blijkt hij ineens op naam van de zaak een mooie Tesla te hebben gekocht. Kan dat eigenlijk wel zomaar? En hoe zit het met de verantwoordelijkheid over die auto? Dit soort situaties wil iedere ondernemer voorkomen. Daarom is het van groot belang al bij de start van je samenwerking afspraken te maken over de uitgaven die iedere compagnon mag doen.
Heb je een Vennootschap onder Firma samen met je compagnon, dan wordt bij de inschrijving bij de Kamer van Koophandel gevraagd welke bevoegdheden de vennoten krijgen. Een vennoot kan onbeperkt zelfstandig, beperkt (bijvoorbeeld tot een bepaald bedrag) of niet bevoegd zijn. Naast de beperking van de zelfstandige bevoegdheid is het ook mogelijk om een gezamenlijke bevoegdheid te hebben. Als de vennoten onbeperkt zelfstandig bevoegd zijn, dan betekent dit dat ze zelfstandig kunnen tekenen, ook voor de aanschaf van een Tesla.
Het is belangrijk bij de inschrijving de bevoegdheid goed te regelen. Alleen op die manier ben je beschermd naar derden tegen onbevoegd handelen van je compagnon.
Toch blijkt dat vennoten er vaak voor kiezen om onbeperkt zelfstandig bevoegd te zijn vanuit praktisch oogpunt. Op die manier hoeven vennoten niet voor iedere uitgave elkaars toestemming te vragen. Wees je echter bewust van de risico’s die dit met zich meebrengt.
Bij een BV heb je te maken met een bestuur. De bestuurder is onbeperkt tekeningsbevoegd. Deze bevoegdheid kan alleen worden beperkt door het benoemen van twee bestuurders die gezamenlijk bevoegd zijn. Vaak kiezen de aandeelhouders van een BV voor een zelfstandige bevoegdheid van de bestuurder: zo hoeft hij of zij niet bij iedere uitgave ruggenspraak te houden met de aandeelhouders.
In de statuten van de BV kun je laten opnemen dat de bestuurder zelfstandig bevoegd is, maar dat hij voor bepaalde besluiten goedkeuring van de aandeelhouders nodig heeft. Het gaat dan vaak om de aanschaf van onroerend goed, het ontslaan van personeel, én voor aankopen die een bepaald bedrag te boven gaan. Die beperking werkt echter alleen intern, je kunt hier naar derden geen beroep op doen. Schaft de bestuurder een Tesla aan, dan kan hij door de aandeelhouders worden aangesproken. De aanschaf zelf kan echter niet ongedaan worden gemaakt.
Word je dus geconfronteerd met een aankoop van je compagnon waar je niet verantwoordelijk voor wilt zijn, dan zul je moeten achterhalen hoe jullie afspraken hierover bij de Kamer van Koophandel zijn vastgelegd (VOF) of wat hierover is afgesproken in de statuten (BV). Lexis Notarissen kan je hierbij helpen. Henk Enting kan je ook helpen om statuten te wijzigen om dit soort situaties in de toekomst te voorkomen.
Het laten opstellen van een levenstestament is in elke gezinssituatie belangrijk. Stel dat er iets met je gebeurt waardoor je zelf – tijdelijk – geen beslissingen meer kunt nemen, wie zorgt dan dat je wordt verzorgd zoals jij dat graag wilt en wie regelt je bankzaken volgens jouw wensen? In samengestelde gezinnen, waar de belangen tegengesteld kunnen zijn, is het extra belangrijk die wensen goed vast te leggen.
Uiteraard kunnen er in een traditioneel gezin ook spanningen zijn, maar in de praktijk zien we dat de kans daarop bij samengestelde gezinnen groter is. Zolang de verbindende factor er is, gaat alles goed. Zodra die – tijdelijk – wegvalt, is men het lang niet altijd eens over wat er moet gebeuren en hoe. Hoe ingewikkeld de situatie wordt, is natuurlijk per gezin verschillend. Dat hangt bijvoorbeeld af van of jullie een nieuw gezin zijn geworden toen de kinderen nog peuters waren of pas toen ze de vijftig waren gepasseerd.
Stel: je hebt een huis waar je samenwoont met je partner. Er gebeurt iets en je komt in een verpleeghuis terecht. Mag je partner dan in het huis blijven wonen? Wie betaalt de kosten daarvan? Mag het huis verkocht worden? Als er onderhoud gepleegd moet worden, wie betaalt dat dan? En wie beslist dat allemaal? Je partner, je kinderen, gezamenlijk?
En dan is er natuurlijk nog de medische kant. Ook daarvan is het goed om, hoe moeilijk het ook is, duidelijk vast te leggen waar je welke zeggenschap neerlegt. Als je in het ziekenhuisbed ligt en je kunt zelf niets meer, wil je niet dat je partner en de kinderen over jouw hoofd heen moeten gaan ruziën; daar wordt niemand blij van.
Als de kinderen nog – deels – onder de achttien zijn en je woont samen, dan is het helemaal onduidelijk wie waar wat over te vertellen heeft. Het is niet automatisch zo dat je partner over het huis kan beslissen. Daar moeten dan de kinderen bij betrokken worden en daarmee dus ook je ex-partner. Dat maakt de situatie er niet eenvoudiger op.
Vaak denken mensen: dat levenstestament, dat regel ik nog wel. Begrijpelijk. Maar ook als je jong bent, kan het gebeuren dat je niet meer zelfstandig kunt handelen. Zo kun je ziek worden of een vervelend auto-ongeluk krijgen. Zie een levenstestament als een brandverzekering. Je hoopt het nooit nodig te hebben, maar als de ramp zich voltrekt, ben je blij dat je het geregeld hebt.
Denk dus over je wensen na als je nog gezond bent en leg ze vast in een levenstestament. Wil je eens verder praten over wat je precies vast wilt en kunt laten leggen? Heb je andere vragen? Neem gerust contact met ons op.
Als jij en je partner samen een kind hebben en jullie besluiten uit elkaar te gaan op het moment dat jullie kind nog minderjarig is, dan hebben jullie beide het beheer over het vermogen van jullie kind. Daarbij gaan we er voor het gemak even vanuit dat jullie beide het gezag hebben over het kind.
Maar stel nu dat de moeder komt te overlijden. Dan erft het kind van de moeder. Die erfenis, net als het eventuele overige vermogen, wordt dan beheerd door de ex-partner van de moeder. Het vermogen van minderjarige kinderen wordt nu eenmaal door gezaghebbende ouders beheerd. Wil je niet dat jouw nalatenschap aan je kind door je ex-partner wordt beheerd? Dan is het belangrijk een testament op te stellen.
Onder het beheren wordt verstaan dat je probeert het vermogen van je kind zo lang mogelijk in stand te laten, tot deze meerderjarig is. Dus een ex-partner mag niet het geld voor eigen privé-uitgaven gebruiken, maar die ouder heeft in principe wel de volledige beschikking over het vermogen. Daar moet je dan maar het beste van hopen.
Daar komt het testament dus om de hoek kijken. Daarin kun je een bewind instellen, zodat er bij overlijden iemand anders dan de ex-partner het vermogen van de minderjarige kinderen gaat beheren. Die persoon kun je zelf aanwijzen in het testament. Deze bewindvoerder zal in beginsel tot het kind 18 jaar is het vermogen beheren. Maar wil je liever dat dat bewind langer doorloopt, dan kun je daar ook een andere leeftijd voor aangeven. Dat is speciaal om ervoor te zorgen dat het kind het geld verstandig gebruikt. Tot het kind zelf over het vermogen mag beschikken, heeft het dus altijd toestemming nodig van de bewindvoerder.
Stel dat de langstlevende ouder, in dit voorbeeld de vader, niet het gezag heeft en er is een voogd benoemd, dan is het zo dat de voogd in principe tot de 18-jarige leeftijd van het kind ook het beheer over het vermogen heeft. Uitzondering is weer als de moeder expliciet een andere bewindvoerder heeft aangewezen in haar testament. Dan houdt de voogd zich bezig met de verzorging en opvoeding en zal optreden als wettelijke vertegenwoordiger van het kind, terwijl de bewindvoerder het vermogen van het kind beheert.
De voogd kan dan wel het geld gebruiken voor zaken die ten goede komen aan het kind, maar alleen met toestemming van de bewindvoerder. Kan de bewindvoerder dan zomaar alles doen met de nalatenschap? Nee, zeker niet. Voor bepaalde handelingen is toestemming van de kantonrechter nodig.
Wil je meer weten over dit onderwerp of heb je vragen over het testament? Neem gerust contact met ons op.
Jouw bedrijf werkt samen met meerdere ondernemers. De samenwerking met één van de partners loopt zo goed, dat het jullie bedrijven kansen biedt als jullie de krachten bundelen. Samen onderzoeken jullie welke rechtsvorm jullie willen aangaan om de samenwerking vorm te geven. De beste keuze voor een maatschap, een V.O.F., een BV of Coöperatie is per situatie verschillend. Wij geven je drie tips voor het maken van de juiste keuze.
In de praktijk merken we dat de samenwerking tussen partners vaak al heel intensief is voordat er wordt nagedacht over de beste structuur voor deze samenwerking. Dat hoeft geen probleem te zijn, maar soms ontstaat er in de samenwerking wrevel die niet zou zijn ontstaan als er op tijd duidelijke afspraken waren gemaakt.
Bespreek daarom in een vroeg stadium jouw verwachtingen en wensen met je samenwerkingspartner. Hoe eerder je nadenkt over een goede rechtsvorm, hoe kleiner de kans op problemen. Bespreek met je partner niet alleen hoe je de samenwerking op dit moment vorm wilt geven, maar denk ook na over toekomstige scenario’s: als blijkt dat het bedrijf snel groeit en een bepaalde omvang krijgt, wat doen we dan?
De keuze voor de juiste structuur hangt af van vele factoren. Het is daarom verstandig om advies in te winnen bij professionals. Vaak betrekken ondernemers hun boekhouder of accountant bij hun keuze voor een rechtsvorm. Dit is begrijpelijk, want hij of zij kan de financiële en fiscale consequenties van de gekozen structuur voor je in kaart brengen.
Er zijn echter meerdere aspecten die een rol spelen bij de manier waarop je wilt gaan samenwerken. Een notaris heeft inzicht in het totale pakket van afhankelijkheden waar jouw bedrijf mee te maken heeft. In een oriënterend gesprek met je notaris kan hij of zij aangeven wat zijn toegevoegde waarde kan zijn bij jouw beslissing.
Vanuit fiscaal oogpunt kiezen veel kleinere ondernemers om binnen een V.O.F. of maatschap samen te gaan werken. Maten of vennoten betalen individueel inkomstenbelasting, waar bij andere rechtspersonen (BV/NV) vennootschapsbelasting wordt betaald. Door de faciliteiten in de Inkomstenbelasting is het fiscaal aantrekkelijker om vooralsnog niet voor een rechtspersoon als samenwerkingsvorm te kiezen.
De keuze voor de juiste rechtsvorm voor je samenwerking is van veel factoren afhankelijk. Door alle plussen en minnen op een rij te zetten, maak je een gefundeerde keuze die bij je past. Een notaris kan je daarbij helpen. Wil je meer hierover weten, neem dan contact met ons op.
We denken er misschien liever niet over na, maar het kan ons allemaal gebeuren: je krijgt een ongeluk, wordt ernstig ziek of gaat dementeren. Wie zorgt dan dat je de juiste zorg krijgt, dat je arts weet wat je wensen zijn en wie regelt je bankzaken op de manier waarop jij dat wilt? Geef de juiste mensen een volmacht en bevestig je wensen regelmatig.
Het is belangrijk te weten dat een volmacht nooit automatisch is geregeld. Als jullie gehuwd of geregistreerd partner zijn en een van de partners is geestelijk niet meer in staat om zelf zijn of haar zaken te regelen, is het niet zo dat de ander het automatisch over kan nemen. Je kunt dan bijvoorbeeld tegen problemen aanlopen bij het verlengen van de hypotheek, het verkopen van jullie huis of bij het regelen van andere financiële, materiële of medische zaken.
Je moet dan naar de rechter om bewindvoering te regelen. Dan zal je ook tot de ontdekking komen dat je, zeker als je bent getrouwd in gemeenschap van goederen, zelf eigenlijk ook onder bewind staat, terwijl je nog helemaal bij de pinken bent. Dat is een onwenselijke situatie.
Het is een stuk prettiger om – als jullie beiden nog gezond van lijf, leden én geest zijn – een levenstestament op te laten stellen. In dat levenstestament wijs je een of meerdere personen aan die je volledig vertrouwt. Aan die persoon of personen kun je een volmacht geven. Ben je een stel – daarbij is het niet van belang of je bent getrouwd of samenwoont – geef je elkaar meestal over en weer volmacht. Als een van beiden daartoe niet meer bij machte is, of in het geval van alleenstaanden – weduwen en weduwnaars, ongehuwden – gaat de volmacht vaak naar familieleden.
Het levenstestament omvat vaak twee volmachten: een financiële en een medische volmacht. In het levenstestament kun je, naast deze volmachten, ook andere wensen opnemen. Het gaat dan om wensen zoals: ik wil zo lang mogelijk in mijn eigen woning blijven wonen, ik wil krant x blijven lezen, ik wil naar kerk y blijven gaan. Persoonlijke zaken dus. Met een medische volmacht geef je vooral richting aan je partner of familie hoe je over bepaalde zaken rondom het levenseinde en langdurig ziek zijn denkt: wil je wel of geen euthanasie, wil je een behandelverbod, dat soort zaken.
Cruciaal is wel, zeker voor het medische gedeelte, dat je regelmatig bevestigt dat je wensen nog steeds dezelfde zijn. Dit doe je bij je huisarts. Er zijn gevallen bekend van mensen die hun wensen hebben vastgelegd, daar vervolgens niet meer naar omkeken en jaren later, toen het zover was, te maken kregen met een arts die ging twijfelen of de persoon wel werkelijk wilde wat in de volmacht stond. En op het moment dat iemand dementeert of Alzheimer heeft, kun je er niet meer naar vragen. Door regelmatig kenbaar te maken aan je huisarts dat je nog steeds achter de volmacht staat, kun je dat voorkomen. Mocht je huisarts op een goede dag zeggen: daar werk ik toch liever niet aan mee, kun je tenminste nog een ander zoeken.
Met banken zijn inmiddels afspraken gemaakt dat als er een bepaalde tekst in de volmacht staat – die staat er dus ook altijd in – dat zij, wanneer iemand zich meldt met die volmacht en een legitimatiebewijs, gewoon mogen doen wat die persoon zegt. Banken zijn tegenwoordig gevrijwaard. Tot een aantal jaar geleden was dat niet het geval en dan gingen banken vaak twijfelen: die volmacht is al zoveel jaar oud, geldt die nog wel? En als degene die de volmacht had gegeven dan dementerend was, was je nog niks opgeschoten met je volmacht. Die tijd is voorbij.
Een volmacht wordt ook vaak gezien als instrument in de strijd tegen financieel misbruik van ouderen. Je wilt voorkomen dat anderen de beschikking krijgen over je bankpasje en dat niemand in de gaten heeft dat je rekening wordt leeggehaald. Ik ga wel even boodschappen voor je halen, maar dan moet je wel even je pincode geven; het klinkt doorzichtig, maar het komt nog steeds voor dat mensen er dan na jaren achter komen dat elke week vijfhonderd euro is verdwenen terwijl er maar steeds voor een tientje boodschappen is gedaan. Daarom is het zo belangrijk dat je de volmacht geeft aan iemand die je kunt vertrouwen. Ook al woont iemand wat verder weg, bankzaken kun je vanaf de andere kant van de aardbol regelen als het moet.
Denk dus over je wensen na als je nog gezond bent. Leg je wensen vast in een levenstestament en bevestig ze regelmatig. Wil je eens verder praten over wat je precies vast wilt en kunt laten leggen? Neem gerust vrijblijvend contact met ons op.
Het komt tegenwoordig vaak voor dat een vrouw in verwachting is, maar – nog – niet getrouwd. Was dat zo’n vijftig jaar geleden nog een schande, daar is vandaag de dag gelukkig geen sprake meer van. Maar hoe gewoon het ook is, vergeet niet dat je wel een aantal dingen moet regelen om te zorgen dat ook de vader rechten en plichten krijgt ten aanzien van zijn kind.
De moeder is automatisch juridisch ouder van het kind. Als de moeder bij de geboorte van het kind getrouwd is of geregistreerd is als partner, is de echtgenoot of partner automatisch de juridische vader van het kind. Zijn jullie niet getrouwd, dan moet de vader zijn kindje eerst erkennen. Dat kan al tijdens de zwangerschap. Erkennen kan bij de gemeente – dat is kosteloos – of bij de notaris. Daarvoor heeft de vader toestemming nodig van de moeder. De persoon die het kind erkent, hoeft overigens niet per se de biologische ouder van het kind te zijn. Ook als de partner van de moeder niet degene is die het kind heeft verwekt, kan hij toch het kind erkennen.
Door te erkennen wordt ook de vader juridisch ouder van het kind en krijgt hij rechten en plichten ten aanzien van zijn kind. Er ontstaat een zorg- en opvoedingsplicht voor het kind, het kind krijgt rechten op de nalatenschap van de vader en de vader en het kind worden elkaars wettelijke erfgenamen. Ook kan het kind bij de erkenning de achternaam van de vader krijgen.
De moeder heeft automatisch het gezag over het kind. Na de erkenning kan ook de vader het gezag aanvragen bij de rechtbank. Zodra je het gezag hebt over een kind ben je verantwoordelijk voor de verzorging en de opvoeding en heb je bijvoorbeeld inspraak in de de schoolkeuze en medische beslissingen. Dat houdt ook in dat de kosten voor de verzorging en de opvoeding tot 18 jaar en de kosten voor levensonderhoud en de studie vanaf 18 tot 21 jaar door de ouders met het ouderlijk gezag moeten worden betaald. Je beheert daarnaast het vermogen van de minderjarige kinderen; je mag dus bepalen wat er met het vermogen van het kind gebeurt. Een kind mag alleen zelf iets met het geld doen als hij of zij toestemming heeft van een van de ouders.
Ook zijn de ouders met het ouderlijk gezag de wettelijk vertegenwoordigers van het kind. Zolang het kind nog geen 18 jaar is, is het voor de wet handelingsonbekwaam. Het kind kan niet zelfstandig beslissingen nemen in het dagelijks leven. Daarvoor is toestemming nodig van een van de wettelijk vertegenwoordigers, bijvoorbeeld om een paspoort aan te vragen, te beslissen over een medische behandeling of naar welke school het kind gaat. Als een vader het gezag heeft aangevraagd, heeft hij daarin net zoveel zeggenschap als de moeder, ook als zij uit elkaar gaan. Ouders hebben ten opzichte van elkaar de wettelijke plicht om elkaar te informeren over belangrijke ontwikkelingen rondom het kind. Daarom is het zo belangrijk dat ook de vader gezag heeft.
Als de vader niet het ouderlijk gezag heeft over zijn kind en de moeder overlijdt, dan kan de voogd optreden. Maar als de moeder komt te overlijden, wil je natuurlijk liever dat het kind onder de verantwoordelijkheid van de vader valt. Gelukkig kan de vader na het overlijden van de moeder een verzoek indienen om het gezag te krijgen. Doet hij dit binnen een jaar, dan zal hij de voorkeur krijgen boven de aangewezen voogd. Doet de vader dit na een jaar of later, dan is er geen sprake meer van een voorkeurspositie en krijgt de vader alleen het gezag als de situatie na de benoeming van de voogd verandert.
Als beide ouders van hetzelfde geslacht zijn, gelden afwijkende regels voor het erkennen van het kind en het aanvragen van gezag over het kind. De Rijksoverheid vertelt daar op haar website meer over.
Wil je meer weten over het hebben van een kind als je ongehuwd samenwoont? Heb je specifieke vragen over de regels bij duo-moederschap of heb je andere vragen? Neem gerust contact met ons op.